Steun ons en help Nederland vooruit

Publicaties

Begrotingsbehandeling 2022: er kan nog wel een tandje bij

Voorzitter,

Heer Olivier B. Bommel en Tom Poes rijden over een spoorlijn. “Het komt me voor dat we steeds langzamer gaan”, verzucht Olivier B Bommel. “Kan het niet een beetje vlugger?” roept hij Tom Poes toe: “Tom Poes antwoordt dat er allerlei belemmeringen zijn, waarop Olivier roept: “Stook dan de vuren wat heter, zorg voor voldoende druk op de stoomfluit en smeer de wielen.” Voorzitter ik gebruik dit als metafoor om de zorgen van D66 aan te geven als het gaat om de toekomst van Nederland en Zuid-Holland in het bijzonder. De uitdagingen zijn groot, maar als het gaat om de inspanningen, én met name het tijdpad, kan er wat D66 betreft nog wel een tandje bij.

Wat betreft de inzet van onze provincie op het gebied van klimaat, milieu en leefomgeving ziet de D66 fractie best dat er veel gebeurt. Sommige, ingewikkelde gesprekken nemen meer tijd in beslag dan voorzien omdat het eenvoudigweg moeilijk is omdat via een beeldscherm te doen. Daar hebben wij begrip voor. Ook hoort D66 goed dat het College – waar het gaat om de verschillende gebiedsgerichte aanpakken – hecht aan integraliteit.

En die integraliteit is iets waar D66 en ook meer fracties op hameren. Zoals gedeputeerde Stolk al eens zei, moet er daarbij worden gewaakt dat als men alles met alles verknoopt, er niets meer gebeurt. D66 ziet dat we hier inderdaad voor een ingewikkelde opgave staan en wij willen daar graag een constructieve bijdrage aan leveren.

Enerzijds is mijn fractie ervan overtuigd dat het College probeert die integraliteit in haar gezamenlijke besluitvorming te betrekken, anderzijds constateren we dat dit voor ons als Statenleden, klaarblijkelijk, onvoldoende inzichtelijk is. We voelen allemaal aan dat we uiteindelijk niet én én kunnen doen.

We kunnen niet alle woningen realiseren én alle doelen op het terrein van Co2 en stikstof halen én bodemdaling optimaal tegenaan én een top vestigingsklimaat creëren. Aan alles is een grens, of om met Remkes te spreken: “Niet alles kan, overal”. En onze provincie is een bijzondere als het gaat om schaarste in het tegemoetkomen aan deze vraagstukken. Met zijn economie, infrastructuur, industrie natuur, land- en tuinbouw en vraagstukken op het gebied van klimaatadaptie, Co2, bodemdaling en wonen. Vraagstukken die ons de komende periode zullen bezighouden, vraagstukken waarop we op korte termijn besluiten moeten nemen. Voorzitter, zij die na ons komen verwachten nu heldere keuzes.

Het doel is ervoor te zorgen dat Provinciale Staten meer inzicht krijgt in de integrale afwegingen die het College probeert te maken waar het gaat om de verschillende gebiedsgerichte aanpakken.

Voorzitter, D66 wil met het oog op de toekomst, vandaag een aantal onderwerpen aansnijden. Een integrale aanpak op het gebied van klimaat, milieu en leefomgeving, zoals ik die zojuist schetste is een belangrijke. Maar er zijn wat D66 betreft meer uitdagingen op langere én korte termijn.

Een tweede uitdaging is een zo hoog mogelijk cultuurbereik van het Zuid-Hollandse beleid. Een hoog cultuurbereik kan sterk bijdragen aan de maatschappelijke betrokkenheid en het creëren van gedeelde waarden onder onze inwoners. Iets waar onze huidige maatschappij veel behoefte aan heeft.

We zijn dan ook blij dat onze motie ‘verkenning cultuur- en erfgoedbeleid Zuid-Holland’ bij de Kadernota op veel steun kon rekenen. Inmiddels hebben we van het College de resultaten van de vergelijking tussen de provincies ontvangen. Eerlijk gezegd, voorzitter, moet ik zeggen dat we wel wat teleurgesteld zijn over die vergelijking die louter van financiële aard is en daarmee weinig inzicht biedt. We hadden eigenlijk verwacht dat het College de verschillende doelstellingen per provincie, het cultuurbereik per provincie en de verschillen in beleidsinzet geanalyseerd zou hebben. Wij zouden willen vragen of de gedeputeerde bereid is dat inzicht alsnog te verstrekken?

Dan, cultuur en de huidige begroting. Het College gaat mee met de door Provinciale Staten gevraagde 2 x 2 miljoen extra voor de restauratie van Rijksmonumenten. Een goede zaak, maar wat D66 betreft is het dekkingsvoorstel minder geslaagd.

Wat ons betreft onttrekken we dit bedrag (in 2022 en in 2023) uit algemene reserve, i.p.v. het te dekken door ‘sprokkelwerk’ op andere posten binnen cultureel erfgoed. Op deze manier houden we meer geld over voor toerisme, groot onderhoud van molens en digitalisering. Ik dien hierover een amendement in.

Voorzitter, ik begon mijn bijdrage met Olivier B Bommel en Tom Poes, die op een niet adequate spoorlijn rijden. Dat brengt mij bij de MerwedeLingelijn, waarover wij onlangs in de commissie spraken. Er moeten investeringen op het gebied van veiligheid worden gedaan en het ministerie verleent daarvoor subsidie. Die subsidie kan nu ook worden gebruikt voor de aanschaf van nieuwe treinen. Een ingewikkelde rekensom leert dat die subsidie, de verkoop van het huidige materieel én het verstrekken van een lening aan de concessiehouder, samen leiden tot een voor D66 aanvaardbare investering. Een investering die leidt tot volwaardige treinstellen met toiletten, betere werkomstandigheden voor de machinisten én tot een betere toegankelijkheid voor reizigers met een rolstoel of een fiets.

D66 wil hierbij nogmaals aangeven voorstander te zijn van vervanging zodat ook de reizigers op deze lijn gebruik kunnen maken van volwaardig openbaar vervoer. Wij weten ons daar overigens gesteund door een groot aantal andere partijen, zo bleek tijdens de behandeling in de commissie Bereikbaarheid en Energie. Wij steunen het amendement van de PVV hierover.

Dan een laatste onderwerp. De begroting bevat een voorstel om 20 miljoen te bezuinigen op de bereikbaarheidsinvesteringen voor de Duin- en Bollenstreek. Een onderwerp dat niet ongemerkt voorbij is gegaan, mag ik wel zeggen. Een onderwerp dat ons ook wel heeft verbaasd, moet ik zeggen.

D66 begrijpt dat een sluitende begroting soms om financiële offers vraagt en dat ook de middelen voor bereikbaarheid daarbij onderwerp van discussie kunnen zijn. Maar wat voor ons niet duidelijk is waarom die bezuiniging nu juist in de Duin- en Bollenstreek moet worden gevonden.

Waarom niet op andere investeringen binnen het Programma Zuid-Hollandse Infrastructuur (PZI)? Nu wordt aan de Provinciale Staten gevraagd te beslissen, zonder dat wij een reële afweging kunnen maken. Wat D66 betreft is deze besluitvorming te gehaast. Wij stellen dan ook voor de discussie hierover te verplaatsen naar de voorjaarsnota. We verzoeken het College om meerdere varianten voor dekking uit het PZI aan ons voor te leggen, zodat wij in het voorjaar samen een bewuste keuze kunnen maken. Wij dienen hiertoe een amendement in.

Voorzitter, tot zover de bijdrage van D66.

  • Lees hier meer over het amendement Bereikbaarheid Duin- en Bollenstreek.
  • Lees hier meer over het amendement over cultuur.
  • Lees hier meer over de motie over de MerwedeLingelijn.
  • Lees hier meer over de motie over integraliteit.
Gepubliceerd op 15-11-2021 - Laatst gewijzigd op 15-11-2021